
BIJ BROUWER IN DE BROUWERIJ
Eens in de zoveel tijd geef ik workshops waarbij ik de deelnemers leer hoe zij zelf een auto kunnen detailen: een kijkje “in de keuken” bij Passie voor Glans. Eerst meld ik me aan bij iedereen op de lijst die heeft aangegeven belangstelling te hebben. En post ik via de bekende socialemediakanalen. Ik had de info nog niet ge-e-maild en gepost en hopla, niet één, nee, liefst vijf meldden zich aan. Krap een half uur later was er tevens een aanmelding van een dame die ik al eerder had gesproken. Ze vertelde me: “Ik wil graag mijn auto zo veel mogelijk zelf verzorgen, maar ik weet niet wat ik moet doen, in welke volgorde en waarmee. En ik wil daarnaast graag weten wat er op het gebied van detailing allemaal mogelijk is. Is het een clinic of een workshop?” “Eh, we gaan gewoon lekker aan de slag”, zei ik. “Bij een clinic wordt verwacht dat je op je eigen auto gaat oefenen”, legde ze uit, “en ik vraag het omdat ik in dat geval nog snel even mijn auto moet wassen, want die ziet er echt niet uit. Daar kun je vast niet op polijsten met al dat zand.” “Wees gerust”, zei ik, “er staat een oefenauto klaar.” Vervolgens belde een ander: “Goedemorgen, Marinus, is er wel koffie? Anders nemen wij een kan mee.” Ook hem kon ik geruststellen. “Jullie hoeven echt niks mee te nemen, behalve een goed humeur”.
Op de bewuste zaterdagochtend stond ik klaar met de koffie en een Kamper slof. Met een lege maag kun je immers niet detailen. De deelnemers stonden goedgehumeurd en startklaar om de geheimen van de detailing te ontdekken. Ik heb uitgelegd wat er allemaal komt kijken, hoe de aanpak is en met welke producten. Dat heb ik natuurlijk ook voorgedaan (kleien, polijsten, waxen, et cetera), en daarna gingen de deelnemers onder begeleiding zelf aan de slag. Ik merk dat sommige deelnemers tijdens deze workshops nog weleens kunnen aarzelen om de polijstmachine op te pakken, uit angst misschien door de lak van een auto te gaan. Ik sta er altijd met de neus bovenop om dit goed te begeleiden.
Verder hebben we gesproken over wat er allemaal nog meer mogelijk is op het gebied van detailing. Het was een leuke zaterdag. De een had wat meer gevoel voor polijsten, de ander bleek een meester in waxen. Er was zelfs iemand die nog wel een stukje Kamper slof op kon en zo had iedereen genoeg te doen. Allemaal geïnteresseerden met een hart voor auto’s. Heerlijk weer zo’n workshop. Ik houd van leven in de brouwerij!
( Stadscolumn #69 | 30 september 2025 )

“WÖÖR BIJ D’R ENE VAN?”
Dat hoorde ik toen ik net (1995) in Kampen woonde. “Wat zeggen ze nu?”, dacht ik eerst. Later zag ik het ergens staan. Aha, zo schrijf je dat dus op zijn Kampers. Als iemand van “buitenaf” wist ik ook niet precies wat men hiermee bedoelde. Nu weet ik het wel natuurlijk. Je ontwikkelt een “oor” voor het Kampers dialect als je hier wat langer woont. Inmiddels kan ik zeggen dat ik er “ene” ben van Passie. Denkt u misschien: dan heeft hij het toch niet goed begrepen? Jawel hoor! Bij gebrek aan een Kamper familiestamboom heb ik mijn bedrijf Passie voor Glans tot Kamper stamboom uitgeroepen.
De meeste autoliefhebbers weten wie ik ben en als ze het nog niet weten, moeten ze maar gauw mijn website verder bezoeken. Ik uutprakkezeer voor u regelmatig een mooi “stukkien” over Kampen, over auto’s en wat me verder nog te binnen schiet. De inspiratie komt vanzelf, want in Kampen gebeurt genoeg!
