
AARDAPPELSUCCES
Onze oudste zoon werd afgelopen augustus achttien jaar en ontving meteen praktijkles van William. Met slechts een klein aantal lessen in de zwarte driecilinder Audi A1 Citycarver, toen er door uitval voor vrijdag de tiende van januari een tijdstip vrijkwam voor het CBR-examen. Dan al afrijden? Hij had zelfs nog geen tussentijdse toets gedaan. âMeer lessen nemen en opgeven voor een examenâ, dacht hij hardop. Er was nu een opening voor zoân momentopname en wie weet wanneer er weer zoân mogelijkheid voordoet. âDoen!â, zei ik vol vertrouwen.
Op de dag van het examen stond hij âs ochtends vroeg in de keuken te rommelen in de zak met aardappels. Dit had ik nog niet eerder meegemaakt. Ging hij alvast koken? Ik vroeg het hem. âNee, ik ga niet koken, ik heb gewoon een aardappel nodig, papâ, zei hij. âEh, aardappel? Waarvoor?â, vroeg ik. âDuh, voor het afrijden natuurlijkâ. Schiet mij maar lek, dacht ik bij mezelf. Het mag niet gekker worden. Het moet op mijn gezicht te lezen hebben gestaan, want onze zoon keek me aan en besloot tot iets meer uitleg. “Het is een geintje onder vrienden, pap. Iemand had toevallig een aardappel bij zich gehad tijdens het afrijden en was glansrijk geslaagd.” âToeval dat je een aardappel meeneemt? Hoe danâ, dacht ik, maar ik zei niks en onze zoon vertelde verder: âDe vriend gaf het door aan een andere vriend, die daarop prompt ook een aardappel meenam en warempel ook in één keer slaagde. Hierop verspreidde het vermeende aardappelsucces zich onder de rest van de vriendenclub.â Dus toen onze zoon aan de beurt was voor zijn rijexamen, besloot hij de uitslag niet aan het toeval over te laten. âEh, wat voor soort aardappel heb je nodig?â, vroeg ik plagend; bintje, eigenheimer, opperdoes, parel? Hij keek me aan en draaide met zijn ogen. âGewoon een aardappel, papâ. âJuistâ, zei ik en zag toe hoe hij een mooi formaat aardappel in zijn zak stopte en de keuken uitliep. Op de dag van het examen zaten we gespannen te wachten op zijn appje: âMaak de oprit maar vrij voor hĂ©t fotomomentâ. Toen hij aankwam rijden, zag ik zijn gezicht al. Dat was wat je noemt een âgeslaagdheidsgrijnsâ.
Hij haalde de aardappel uit zijn zak en legde hem triomfantelijk op tafel. Volgens de examinator had onze zoon afgereden met âaandacht en focusâ. De aardappel heeft nog een uurtje of zo op tafel liggen pronken. Hij had zijn werk immers uitstekend gedaan. Wat we ermee gedaan hebben? Het is wel gewoon een aardappel, hĂš. We hebben hem opgegeten en zo allemaal een beetje in het succes gedeeld. Ik ben niet bijgelovig. Helemaal niet. Maar de volgende keer dat ik op een grote internationale autobeurs sta, denk ik dat ik het gezelschap van een bintje of eigenheimer misschien wel weet te waarderen. Als geintje natuurlijk. Kijken wat het doet, zoân bal koolhydraten.
( Stadscolumn #67 | 31 maart 2025 )
Inmiddels ervaart onze oudste zoon, zelfs aardappelloos, zijn eerste zelfstandige kilometers in een handgeschakelde, diepblauwe, vijfdeurs hatchback: â03-Opel Astra-G-CC 1.6i 16 V Njoy. In de toekomst wellicht nog van een vier- naar een vijfcilinder? Volvo? C30? Of gaat ‘ie in een EX-model?

âWĂĂR BIJ D’R ENE VAN?â
Dat hoorde ik toen ik net (1995) in Kampen woonde. “Wat zeggen ze nu?”, dacht ik eerst. Later zag ik het ergens staan. Aha, zo schrijf je dat dus op zijn Kampers. Als iemand van âbuitenafâ wist ik ook niet precies wat men hiermee bedoelde. Nu weet ik het wel natuurlijk. Je ontwikkelt een âoorâ voor het Kampers dialect als je hier wat langer woont. Inmiddels kan ik zeggen dat ik er âeneâ ben van Passie. Denkt u misschien: dan heeft hij het toch niet goed begrepen? Jawel hoor! Bij gebrek aan een Kamper familiestamboom heb ik mijn bedrijf Passie voor Glans tot Kamper stamboom uitgeroepen.
De meeste autoliefhebbers weten wie ik ben en als ze het nog niet weten, moeten ze maar gauw mijn website verder bezoeken. Ik uutprakkezeer voor u regelmatig een mooi âstukkienâ over Kampen, over autoâs en wat me verder nog te binnen schiet. De inspiratie komt vanzelf, want in Kampen gebeurt genoeg!
